woensdag 24 juni 2009

Giddiejop!

Een zeer prettige bijkomstigheid van afstuderen is dat je naast een academische titel ook leuke kado's krijgt. Vriendin N. had wel een heel origineel idee: een bosrit van een uur (en dat zijn dus 60 hele minuten) op een paard. Heel origineel, want ik had tot dan toe nog nooit op een paard gezeten. Een oververmoeid en zich doodvervelende pony in Ponypark Slagharen tel ik niet mee.

Op een zonnige zaterdagmiddag gingen we op weg naar manege Knollegruun. Bij het parkeren van de auto zag ik direct dat we behoorlijk uit de toon vielen met onze spijkerbroeken en gympies. De grote zonnebril op mijn neus en het nonchalante, maar o zo praktische zwarte vestje maakten het er al niet beter op. De manege bleek een waar walhalla voor hardcore paardenfanatiekelingen. Naast de boxen waar tientallen briesende paardenhoofden naar buiten staken, was zelfs een camping ingericht. Overal liepen mensen in onflatteuze paardrijbroeken, druk bezig met dingen die je zoal met paarden doet, maar waar ik absoluut geen verstand van heb.

Met klamme zweethandjes en knikkende knieën werden we voorgeleid aan De Baas van de manege. De nuchtere paardenman bekeek vriendin N. en mij van top tot teen en schudde bij het horen van het feit dat we nog nooit op een paard gezeten hadden, meewarig zijn hoofd. Het kleine beetje moed zakte me meteen in mijn, voor paardrijden eigenlijk ongeschikte, schoenen. Maar wie A zegt, moet ook B zeggen en dus stonden we een dikke tien minuten later ieder met een iets te krappe en zeer charmante cap op ons hoofd naast een heus paard.

Janko, zo heette het enorm hoge bruine beest dat voor mijn neus stond. Paardrijden klinkt natuurlijk heel avontuurlijk, maar eerst moet je nog wel op het paard zien te komen. Gelukkig mochten we gebruik maken van een stoel en kon ik me redelijk normaal op het paard hijsen. Eenmaal boven op het paard voelde ik me meteen erg stoer. Een rondje stappen door de bak en hup, we gingen we meteen het bos in. Na een tijdje rustige stap, werd het volgens onze begeleidster wel tijd voor een stukje in draf. Ik stemde meteen enthousiast toe en wiebelde vervolgens bijna van het zadel af. Het draven heb ik niet onder de knie gekregen tijdens de rit en bij elk stukje draf moest ik me vasthouden aan het zadel. Dit was volgens mij niet geheel de bedoeling, maar het werkte wel tegen het gevaar van het verliezen van het paard.

Tijdens de rit werd Janko naar mijn idee steeds enthousiaster en deed hij ook daadwerkelijk iets als ik hem in zijn buik porde of de teugels van plek veranderde. Hij brieste er lustig op los, wat volgens onze begeleidster een teken was dat hij zich op zijn gemak voelde. Ik vond het rijden ook super, dus ik voelde meteen een band met het paard. Bij terugkomst op de manege, waar Janko gezien zijn gehuppel de laatste meters erg blij mee was, gaf ik het paard nog even een welverdiend bedankklopje. In ruil daarvoor kreeg ik een aantal 'kopjes'. Ik was natuurlijk helemaal trots dat ik binnen een uur al vriendschap had gesloten met Janko en met een voldaan gevoel ging ik weer naar huis.

Vriendin M., een rasechte paardenliefhebster, vertelde ik pasgeleden enthousiast mijn verhaal, met natuurlijk mijn pas verworven paardenvriendschap als perfecte afsluiter. M. boorde al mijn enthousiasme meteen vakkundig de grond in: "Hij had zeker jeuk." Die carrière als paardenfluisteraar kan ik dus ook wel vergeten.

1 opmerking:

  1. Hieieieehaaa!

    Het was achteraf wel super tof....
    maar o, o wat was ik bang...
    Mijn paard was maar een paardje vergeleken bij Janko, respect voor jou echt waar.

    Dikke Tuut uut Ass'n

    BeantwoordenVerwijderen